|
|
|
jodenstraatIn de Jodenstraat staat het geboortehuis van Louis Rutten (1809-1891). Zijn vader, Nicolas, had een brouwerij en distilleerderij, het witte gebouw links op de voorgrond. Het is getooid met een gevelsteen van een beer. Ernaast staat het herenhuis waarin de familie woonde. De Jodenstraat lijkt nu een klein achterafstraatje, maar er woonden in de negentiende eeuw alleen gegoede families. Door de grote poort kon men met de koets naar binnen rijden om droog in en uit te kunnen stappen. Achter het huis was ruimte om paard en koets te stallen. En dit was maar één van de huizen van de familie. Daarbij hoorden ook twee buitengoederen tegen de helling van de Sint Pietersberg. Nicolas had een bijnaam: Waterclaöske (Waterklaasje). Zou dat te maken hebben met de kwaliteit van zijn dranken? Hoewel arme men¬sen troost zochten in de alcohol, was met name bier ook een gewone drank. Er was nog geen waterleiding. Bier was veiliger voor de gezond¬heid dan het water dat armen onder andere uit Maas, «Jeker en Bassin haalden.Aan het einde van de straat is het hoge dak met torentje van het Dinghuis te zien, vroeger gerechtsgebouw en gevangenis. In de tijd van Louis Rutten diende het onder andere als repetitieruimte voor de mili¬taire muziek van de vesting Maastricht. Tegenwoordig is daar de Maastrichtse VW gevestigd. Omdat Louis Rutten op jonge leeftijd zijn moeder verloor, werd hij voor¬namelijk opgevoed (en verwend) door zijn grootmoeder. Misschien dat hij daardoor het leven aanvankelijk nogal gemakkelijk opnam en pas studerend voor het priesterschap echt zijn levensroeping ontdekte. Bron: Berichten van de Broeders van Maastricht, 2015 nr 4 |